Coverstory

Bedrijfsleven heeft een maatschappelijke verantwoordelijkheid

'Schoonmakend Nederland is een prachtig voorbeeld'

Ingrid Thijssen (VNO NCW).jpgBedrijven staan midden in de samenleving. Ze hebben ook een verantwoordelijkheid voor het oplossen van maatschappelijke knelpunten, stellen de werkgeversorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland in hun nieuwe beleidsvisie ‘Ondernemen voor een Brede Welvaart’. Ondernemers moeten verder kijken dan het belang van de eigen onderneming. Het thema klinkt de schoonmaaksector bekend in de oren. De kersverse voorzitter van VNO-NCW, Ingrid Thijssen, geeft een toelichting.    

We hebben enkele weken na het plotseling overlijden van oud-VNO-NCW-voorzitter Hans de Boer contact. Velen die hem kenden waren aangeslagen. Thijssen ook. Maandenlang trokken ze samen op. Als boegbeeld van het bedrijfsleven in Nederland gaat ze verder waar haar voorganger was gebleven voor een gezonde economie en een sterk bedrijfsleven. ‘Een sterke economie kan niet worden losgezien van een sociaal Nederland met gelijke kansen en werk en een duurzaam Nederland’, aldus Thijssen.

Er gebeuren overal prachtige dingen

Wat behelst die nieuwe koers?   

‘De afgelopen jaren hebben onvoldoende mensen geprofiteerd van economische groei, de kansenongelijkheid in de samenleving is toegenomen en de verduurzaming van onze economie gaat niet snel genoeg. Die vraagstukken kunnen we niet langer alleen aan de overheid overlaten. Dat moet anders. We kiezen bewust voor een nieuw kompas. Dat richt zich op het bereiken van een samenleving met gelijke kansen, voldoende werk en een duurzame leefomgeving. Medeverantwoordelijkheid nemen voor onze samenleving. In denken en in doen. We hebben een nieuwe opvatting over onze rol. Ondernemers willen meer verantwoordelijkheid nemen voor maatschappelijke vraagstukken zoals schuldenproblematiek of het tekort aan stageplaatsen.’

Wat kunnen brancheverenigingen hierin betekenen?  

‘Onze nieuwe visie is écht een stuk van, voor én door onze leden. Dit is de gezamenlijke agenda van het verenigd Nederlands bedrijfsleven. Maar wij kunnen als centrale ondernemersorganisatie deze visie op veel fronten niet zélf handen en voeten geven. Wij regelen immers geen stageplaatsen, dat moeten bedrijven doen. Brancheverenigingen kunnen enorm helpen om in praktijk te brengen wat we met elkaar hebben toegezegd. De uitgangspunten van onze agenda 2030 kunnen bovendien de basis vormen voor branches om daarop voort te borduren. Schoonmakend Nederland is daarin een prachtig voorbeeld. Met een eigen keurmerk, goede samenwerking met de vakbonden en andere branches. En aandacht voor scholing en banen aan de basis van de arbeidsmarkt. In de coronacrisis werd eens te meer goed duidelijk hoe belangrijk het werk van jullie leden is.’

Hebben ondernemers in deze coronatijd wel ruimte voor een andere koers? Is dit wel de juiste tijd om hiermee te komen?  

‘Er is natuurlijk sprake van een diepe crisis. Tegelijkertijd weten we redelijk goed wat nodig is om daar uit te komen. Met spoed vaccinaties uitbreiden, steunpakketten in de lucht houden en een strategie voor de opening van sectoren of delen daarvan. We moeten het eigen vermogen van getroffen ondernemers stutten.  Dat houdt ons dit jaar zeker nog flink bezig. Maar het ontslaat ons niet van de plicht ook naar de lange termijn te kijken.’

Kunt u dat toelichten?

‘Veel van de kwetsbaarheden van vóór corona zijn alleen maar versterkt. Zwakke groepen die het zwaar hebben op de arbeidsmarkt, toenemende ongelijkheid tussen kinderen op scholen, duurzaamheid die niet snel genoeg gaat.  We moeten verder kijken naar 2030 en perspectief creëren voor na de crisis. Er liggen grote vraagstukken voor ons. Hoe investeren we ons uit deze crisis? Hoe pakken we de energietransitie aan? Het stikstofprobleem? Er is nog genoeg werk aan de winkel na corona. Daarom juist nu een andere koers met aandacht voor een nieuwe manier van samenwerken.’

Jullie sector laat zien dat het anders en beter kan

Tegelijkertijd zien bedrijven bij aanbestedingen dat opdrachtgevers vaak alleen zijn geïnteresseerd in de laagste prijs…

‘Ja, dat is wrang. Essentieel is het meewegen van andere criteria bij aanbestedingen dan alleen prijs. Daarom is de Code Verantwoordelijk Marktgedrag ook zo belangrijk. Ook sommige voorbeelden uit jullie sector laten zien dat het anders en beter kan. Bevorder initiatieven als verantwoordelijk marktgedrag bij de schoonmaak, maar ook bij verhuizers, de catering en de beveiliging. We moeten het samen doen als ondernemingen. We hebben belang bij gezonde lange termijn relaties, waarin het niet alleen draait om prijs. Wij stellen dat ook aan de orde bij overheden.’

Als alle bedrijven zich sociaal en duurzaam gaan opstellen, is er dan nog behoefte aan een vakbeweging?

‘Volgens mij blijft er altijd behoefte aan een vakbeweging. Het is juist goed dat er vanuit een ander perspectief wordt gekeken naar bepaalde zaken.’ Lachend: ‘Dat houdt ons scherp ook.’ En dan weer serieus: ‘We mogen ons in Nederland sowieso gelukkig prijzen met ons poldermodel en de sociale partners. Dat heeft de coronacrisis eens te meer duidelijk gemaakt. Door intensieve en snelle samenwerking kwamen we tot goede steunpakketten.’

Hoe kijkt u aan tegen de schoonmaaksector? Hebt u het daar wel eens over met Jacco Vonhof?

‘Ja absoluut. Mooi om te zien hoe enthousiast hij over zijn bedrijf en de sector vertelt. Vergeet niet, ik was bij NS zelf ook opdrachtgever in de schoonmaak en heb twee schoonmaakstakingen meegemaakt. Wij zijn toen wel geschrokken van wat er aan de hand was. Die periode heeft werkgevers en werknemers veel opgeleverd. Ik denk dat jullie een prachtige sector hebben met banen voor mensen aan de basis voor de arbeidsmarkt, waar veel mogelijkheden zijn. Jullie doen het als branche uitstekend. Door de crisis waarderen  mensen het werk ook veel meer .’

Tot slot: het bedrijfsleven heeft niet altijd een goede naam. Hoe gaat u bijdragen aan reputatieversterking en hebt u een tip voor Schoonmakend Nederland?

‘Eigenlijk is dat vrij simpel. Neem je verantwoordelijkheid, wees transparant én laat zien wat je doet! Want in al mijn gesprekken met ondernemers zie ik bevlogenheid om zich in te zetten voor de samenleving. Er gebeuren overal prachtige dingen. Als ondernemers over de grens gaan, moet je dat als branchevereniging veroordelen. Maar laten we wel wezen, zoals de titel van een bekend boek aangeeft: gelukkig deugen de meeste mensen.’

Ingrid Thijssen (1968) studeerde rechten in Utrecht. Na haar afstuderen ging ze aan de slag bij de Nederlandse Spoorwegen en klom op tot directeur bij NS Reizigers. In 2014 verruilde ze de NS voor netbeheerder Alliander en werd drie jaar later bestuursvoorzitter. In 2016 werd ze verkozen tot Topvrouw van het jaar. Vanaf september 2020 is ze voorzitter van VNO-NCW.

Dit artikel is eerder gepubliceerd in Schoon #2 (maart 2021). Schoon. is het branchemagazine van Schoonmakend Nederland.