Handhaving wet DBA: risico’s en gevolgen van schijnzelfstandigheid zzp’ers

Het aandeel zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel) is de laatste jaren flink toegenomen. We zien schoonmakers uit dienst gaan en voor zichzelf beginnen. En ook uiteenlopende platformen bieden steeds vaker zzp’ers aan voor schoonmaakwerkzaamheden. In de krappe arbeidsmarkt lijkt zzp daarmee een oplossing voor de flexibiliteit die schoonmaakbedrijven nodig hebben. Maar niet alle vormen van zzp zijn toegestaan en het is zeker ook niet altijd zonder risico.

Op 1 januari 2025 vervalt het zogenoemde handhavingsmoratorium op de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (Wet DBA). Dit betekent dat de Belastingdienst vanaf die datum weer gaat handhaven, onder meer op schijnzelfstandigheid.

De wet DBA is juridisch complex en niet altijd even duidelijk over het verschil tussen een werknemer en een zzp’er. Deze verduidelijking moet komen met de wet VBAR (Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden), maar die is uitgesteld tot 2026. Dat de Belastingdienst nu toch weer gaat handhaven op de wet DBA zorgt voor onzekerheid over de risico’s (van bijvoorbeeld de gevolgen van schijnzelfstandigheid) en roept diverse vragen op. En handhaving kan voor alle opdrachtgevers, niet alleen het schoonmaakbedrijf maar ook voor de opdrachtgever van het schoonmaakbedrijf, leiden tot grote financiële consequenties.

Handhaving wet DBA. Wat betekent dat voor mij?

Om ervoor te zorgen dat je op de hoogte bent van de regelgeving en jurisprudentie en de eventuele risico’s en gevolgen van een gekozen arbeidsverhouding organiseert Schoonmakend Nederland informatiebijeenkomsten. 

Tijdens deze online bijeenkomst gaan Emmy Spoor en Hermien Dautzenberg in op de uitgangspunten van de wet, de overeenkomsten en verschillen tussen werknemer en de zzp’er en krijg je praktische handvatten voor de beoordeling van jouw situatie. Uiteraard is er ook volop ruimte om vragen te stellen.

Meld je vandaag nog aan!