Portret

De toekomstvisie van Frank Remeijsen (Romaro Schoonmaakgroep) op de schoonmaakbranche na 43 jaar ervaring

‘Focus op instroom (v)mbo zorgt voor jongeren in de schoonmaakbranche’

‘Tijdens mijn diensttijd is de basis ontstaan voor de rest van mijn carrière,’ vertelt Frank Remeijsen, directeur bij Romaro Schoonmaakgroep. De van oorsprong Tilburger komt in 1976 in het westen van het land terecht, bij WESKA. WESKA is een leverancier van machines en materialen in de schoonmaak en een dochtermaatschappij van een schoonmaakbedrijf, Groot Rotterdam. ‘Dat is de opstap geweest naar mijn carrière in de schoonmaak, nu 43 jaar geleden,’ vertelt een nostalgische Remeijsen. Nu hij de touwtjes heeft overgedragen aan zijn opvolger, die hij vijf jaar geleden aannam, is het hoog tijd om terug, maar vooral ook vooruit te blikken op de schoonmaakbranche. Hoe is zijn visie op de toekomst voor actuele schoonmaakthema’s, gebaseerd op zijn jarenlange ervaring in de schoonmaak?

Actief in vereniging

‘Toen ik mijn eerste stappen zette binnen het schoonmaakbedrijf Groot Rotterdam, kwam ik erachter dat er een handvol landelijk actieve bedrijven zijn en een groot aantal lokale of regionale schoonmaakbedrijven. Met die wetenschap heb ik mijn eerste stappen gezet binnen de vereniging, met als doel de stem van groot en klein met elkaar te combineren om de branche vooruit te helpen,’ vertelt Remeijsen. Schoonmakend Nederland bestond toen nog niet, maar hij kwam in contact met onder andere Kees Blokland en Cor van der Heijden (CSU). Om het schoonmaakvak te professionaliseren, keek hij in de keuken bij diverse andere schoonmaakbedrijven. ‘Toen OSB, nu Schoonmakend Nederland, ontstond was ik ook actief bij bijeenkomsten en netwerken,’ aldus Remeijsen.

Scholing en profilering

Portret_Remeijsen_Schoon, juli 2021 (Schoonmakend Nederland)Wat Remeijsen van het begin af aan bezighoudt, is de factor opleiden en trainen. ‘Hoe groei je daarvan als mens, is wat me mateloos boeit. Het is mensenwerk en robots zullen nooit volledig dit mensenwerk overnemen.’ Hij is met name geboeid door het imago van de schoonmaakbranche. Door de erkenning dat professioneel en verantwoord schoonmaken een cruciale bijdrage levert aan een hygiënische en gezondere/veilige werk en leefomgeving, staat de branche inmiddels wat hoger op de maatschappelijke ladder. ‘Het is een geluk bij een ongeluk dat we tijdens deze pandemie de kansen krijgen om onszelf beter te profileren als cruciaal beroep,’ benadrukt hij. ‘We leveren een actieve bijdrage aan een leefbare wereld en dat moet niet onderschat worden. Bescheidenheid moet plaatsmaken voor trots. Die betekenis dient prominent naar voren te komen, zowel politiek als maatschappelijk.’

'Bescheidenheid moet plaatsmaken voor trots'

Focus op instroom (v)mbo

‘Als ik kijk naar de instroom vanuit het vmbo naar onze beroepsgroep, kan ik het aantal kandidaten binnen ons bedrijf op twee handen tellen,’ vertelt Remeijsen. Met zijn onderwijshart kijkt hij met lede ogen aan tegen de geringe instroom van jonge mensen. ‘Ik ben ervan overtuigd dat daar zeker nog iets te winnen valt. Als je de jongeren al ondervangt binnen het beroepsonderwijs, kan dat aantal in de toekomst zeker gaan groeien. Op hbo-niveau is die groei aanwezig in vooral managementfuncties,’ aldus Remeijsen. ‘Maar juist die vmbo- en mbo-leerlingen zijn hard nodig om ons vak in stand te houden voor de toekomst.’

Dat heeft, naar zijn mening, te maken met een stukje imago: ‘Schoonmaak is niet hip en spreekt daarom de meeste jongeren niet meteen aan. Maar juist specialistisch onderhoud, zoals silo’s schoonmaken en abseilen van hoge gebouwen, is stoer en heel mooi om te laten zien. Als je dat zichtbaar laat zien binnen het onderwijs, zal er zeker iets gebeuren. Als je bij jongeren de beeldvorming én carrièrekansen van ons mooie vak laat zien dan ben ik ervan overtuigd dat de instroom groeit. Daar liggen zeker kansen om vergrijzing te voorkomen.’

Hij voegt toe: ‘Payrolling en het inzetten van zzp’ers vormen een serieuze bedreiging voor ons bestaansrecht, want deze mensen zijn minder intrinsiek gemotiveerd en betrokken bij het schoonmaakvak. We moeten zorgen voor een nieuwe instroom van een jonge generatie om ons vak de aandacht te geven die het verdient. Als facilitaire dienstverlener wil je jouw opdrachtgever ontzorgen en daarin is betrokkenheid essentieel.’

'Laat jongeren de beeldvorming én carrièrekansen van ons mooie vak zien. Dan ben ik ervan overtuigd dat de instroom groeit'

Corona

Wat doet corona met de schoonmaakmarkt? Remeijsen: ‘De markt is gestagneerd, kunnen we wel stellen. In bepaalde segmenten hebben we ingeleverd, maar wij zitten bijvoorbeeld niet in de horeca, waar de klappen zijn gevallen. We hebben onze aandacht vooral gericht op andere sectoren en ik denk dat meerdere bedrijven dit doen. De omzet zal langzamerhand gaan stabiliseren. Het zal tot begin 2022 wel duren tot het weer een beetje aantrekt, verwacht ik.’

OSB-Keurmerk

‘Ook wij zijn meegegaan in het OSB-Keurmerk en met volle overtuiging hebben we daaraan meegedaan,’ vertelt Remeijsen. Hij moet eerlijkheidshalve bekennen dat hij er meer van had verwacht. ‘We wilden als branche het kaf van het koren scheiden en dat is mijns inziens (nog) niet helemaal gelukt. Er moet meer de nadruk liggen op de risico’s die je als opdrachtgever loopt wanneer je geen schoonmaakbedrijf met een keurmerk hebt.’

Commercieel gezien, vanuit de aanbesteding, is niet altijd consequent ingezet op wat de toegevoegde waarde van het keurmerk is, vindt Remeijsen. ‘Bij een grote aanbesteding wordt nog steeds in hoofdzaak naar prijs gekeken. Er moet meer gebeuren om de vruchten te plukken en malafide bedrijven uit te schakelen.’

Dat ligt niet zozeer aan de autoriteit van het keurmerk, maar meer in de beeldvorming. Schoonmaak blijft voor veel opdrachtgevers een commodity. Het is inwisselbaar en dat moet anders vindt hij. ‘Meer publiciteit hieraan geven helpt hopelijk. Dat signaal wil ik afgeven; geef meer bekendheid aan de buitenwacht, voor de maatschappelijke betekenis van onze branche en de inhoud en relevantie van het keurmerk.’

Trots en plezier

Remeijsen blikt terug met trots en plezier. ‘Als ik kijk naar de ontwikkeling van de branche, ben ik trots op waar we nu staan. Indien we investeren in duurzaamheid en niet alleen de symptomen bestrijden, maar tevens zorgvuldiger omgaan met ons milieu, kunnen we kansen benutten.

Bewustwording en gedragsverandering kunnen ervoor zorgen dat we, gebruikmakend van technologische ontwikkelingen, een (volgende) pandemie een stap voorblijven en de jongere generatie perspectief bieden op een gezondere planeet. We huren deze planeet en als huurder moet je er goed voor zorgen. Ongeacht wie je bent. We moeten ons bewust zijn hoe welvarend we met zijn allen zijn. Laten we de aarde beschermen en energie krijgen van spontane ontmoetingen.’

Hij benadrukt: ‘Op dit moment is ‘het Brabantse gevoel’ weg. Wat moet er gebeuren om die onbevangenheid terug te laten komen? Je krijgt energie van contact met elkaar en wederzijds respect, herwonnen vrijheden en economische groei. Ik hoop dat dit gevoel in de toekomst terugkeert! Daar worden mensen gelukkig van.’

Als Remeijsen terugkijkt op zijn carrière, heeft hij altijd de focus gehad op de positieve invloed van ontwikkeling voor de mens. ‘Ik ben er trots op dat ik aan de vooravond heb gestaan van de ontwikkeling van SVS. Het draait in de schoonmaak om kennis en kunde. ‘Door het investeren in opleidingen kunnen we de schoonmaakmedewerkers laten ‘voelen’ dat schoonmaken een mooi en betekenisvol beroep is, een beroep om trots op te zijn. En het zorgt er tevens voor dat onze mensen meer waardering voor hun werk krijgen,’ besluit de gepassioneerde Remeijsen tenslotte.

Bekijk hieronder de video met het portret van Frank Remeijsen.

Loopbaan Frank Remeijsen

1976
WESKA Rotterdam, dochtermaatschappij van Verenigde Schoonmaakbedrijven Groot Rotterdam B.V.

1978
Remeijsen betrokken bij ontwikkelingen binnen de bedrijfsonderdelen van Groot Rotterdam door groei en branchevreemde activiteiten van beide vennoten. Actief bij diverse commissies van OSB.

1980
Benoemd tot directeur: verzorgen van de administratie, financiën en het structureren van de organisatie (schoonmaakbedrijven, handelsmaatschappij en overige werkmaatschappijen)..

1999
Remeijsen wordt in het integratieteam ‘hoofdkantoor ISS Nederland’ opgenomen met als functie Operational Manager ISS voor de regio Zuidwest Rotterdam.

2000
De nieuwe vestiging ISS regio Zuidwest in gebruik genomen. De vier business units zijn volledig bemenst en operationeel.

2001
Remeijsen wordt benaderd door Paul v/d Lücht of hij interesse heeft om zijn taken als directeur van schoonmaakbedrijf Van de Lücht in Rotterdam over te nemen.

2004
De fusie met Romaro schoonhouden gebouwen in Ridderkerk. Remeijsen volgt Henk Mazurel op en vormt samen met zijn zoon Rogier de directie.

2015
Mazurel en Remeijsen hebben een missie, visie en strategie bepaald voor de daarop volgende vijf jaar, met als STIP op de horizon: ‘een fundament leggen om onze groei ambitie te realiseren’. De organisatie bestaat uit Romaro schoonhouden gebouwen B.V. (RSG) Romaro industriële service B.V.  (RIS), Meerwijk Schoonmaakbedrijf B.V.  en Mommers Schoonmaak B.V.

2019
Gerard Treffers neemt het stokje over van Remeijsen als financieel directeur van Romaro Schoonmaakgroep B.V.

2020
Het Managementteam is versterkt met Mark Mommers, zet een missie, visie en strategie voor de komende drie jaren uit: ‘met elkaar een bijdrage leveren aan een gezondere planeet’.