NOW-2: De belangrijkste wijzigingen

Achtergrond 26 juni 2020

NOW-2: De belangrijkste wijzigingen

Afgelopen maandag heeft minister Koolmees NOW-2 aangeboden aan de Tweede Kamer. NOW-2 voorziet (net als NOW 1.0) in een subsidie op loonkosten van maximaal 90% voor bedrijven die een omzetdaling hebben van ten minste 20%. Subsidie aanvragen zijn (naar verwachting) mogelijk van 6 juli tot en met 31 augustus 2020.

Experts

  • Het subsidietijdvak in NOW-2 is vier maanden: juni tot en met september. Het tijdvak in NOW-1 was drie maanden.  

  • De loonsom voor de aanvraag van de subsidie wordt gebaseerd op de loonsom in maart 2020. Anders dan bij de NOW-1 wordt de definitieve subsidie niet vastgesteld aan de hand van de loonsom in het subsidietijdvak (juni - september), als deze hoger blijkt te zijn dan (viermaal) de loonsom over maart. 

  • De forfaitaire opslag voor werkgeverslasten gaat van 30% naar 40%. 

  • Ook de omzetdaling wordt berekend over vier maanden. Deze moet liggen in de periode juni tot en met november 2020. Voor bedrijven die NOW-1 hebben aangevraagd moet deze meetperiode aansluiten op de gekozen meetperiode van NOW-1. De omzet in de meetperiode wordt afgezet tegen een derde van de omzet over 2019. 

  • Bedrijven die een voorschot ontvangen van ten minste € 100.000 of een definitieve subsidie van ten minste € 125.000, mogen over 2020 geen winstuitkering aan aandeelhouders doen, geen bonussen aan het bestuur en de directie uitkeren en geen eigen aandelen inkopen. In de NOW-1 gold dit al voor concerns die hun omzetdaling op werkmaatschappijniveau willen berekenen. 

  • Bij ontslagaanvragen bij het UWV tijdens het subsidietijdvak wordt de subsidie gekort met driemaal de loonsom van betrokken werknemers over maart 2020. De extra korting van 50% die de NOW-1 kende vervalt. 

  • Moet daarnaast in de periode 30 mei tot en met 30 september 2020 ook de verplichte melding o.g.v. de Wet melding collectief ontslag (WMCO) worden gedaan? Dan wordt het totale subsidiebedrag nog eens gekort met 5%. Uitzondering hierop zijn dat er een akkoord is met de belanghebbende vakbonden, of bij gebreke daaraan met OR of PVT, over het aantal ontslagen. Of, als dit akkoord niet wordt bereikt, als partijen gezamenlijk de Stichting van de Arbeid hebben verzocht te beoordelen of het voorgestelde aantal ontslagen noodzakelijk is. 

  • De werkgever heeft een inspanningsverplichting om werknemers te stimuleren om aan bij- en omscholing te gaan doen, zodat werknemers zich kunnen aanpassen aan de nieuwe economische situatie. Het kabinet trekt hier extra geld voor uit. In juli wordt hier meer over bekend.   

Gerelateerd